Vissen : Zeelt (Tinca tinca)

door Fishing Info Europe
 


Kenmerken:

Gedrongen krachtige lichaamsbouw. Een eindstandige bek met twee korte baarddraden. De vinnen eindigen afgerond en de staartvin is bijna niet gevorkt. De luchtbelletjes van een zeelt zijn erg fijn en vormen een schuim, dat lang heel blijft.

Kleur:

Lichaam van donker tot olijfgroen, flanken brons tot goudgeel. De rug is groengeel en de buik is wit.

Ogen:

Kleine oranje ogen.

Lengte:

20 tot 40cm, maximaal 60 tot 70cm met een gewicht vanaf 3kg.

Huid:

Diep in de huid ingebedde kleine schubben, meer dan 90 tot 100 schubben op de zijlijn.

Voedsel:

Slakken, mosselen, insecten, kreeftachtigen, watervlooien, muggenlarven, andere bodemdieren en zachte plantensoorten. Als aas komen maden, zoete maïs, wormen en (brood)deeg in aanmerking. Om lokvoer extra aantrekkelijk te maken kunnen zoete ingrediënten worden toegevoegd, zoals peperkoekmeel, kokosmeel, speculaas kruiden, paprikapoeder, gemalen hennep, geknipte wormen, grote maden, casters en mini boilies tot zo'n 10 mm.

Leefgebied:

Algemeen voorkomend in wateren met veel plantengroei en een zachte bodem.

                     
  info@fishinginfo.eu