Vissen : Meerval (Silurus glanis)

door Fishing Info Europe
 


Kenmerken:

Een langgerekte vis met een vrijwel rolrond lichaam, een dikke buik en een zeer lange staart. Op de zeer brede afgeplatte bek zijn 6 bekdraden aanwezig, 2 op de onderkaak, 2 in de hoeken van de bek en 2 lange sprieten op de kop vóór de zeer kleine ogen. Een opvallend kleine rugvin zit ver naar voren op het lichaam. Een zeer lange anaal vin. Op het achterste deel van het lichaam is aan de onderzijde een vinzoom aanwezig.

Kleur:

Bovenzijde donkergroen tot zwart. Onderzijde zilverachtig tot wit. Het kleurverloop is grillig en vlekkerig.

Ogen:

Zeer kleine zwarte ogen.

Lengte:

Tot circa: 250cm. gewicht 300Kg

Huid:

Een onbeschubde huid.

Voedsel:

Kikkers, vis, watervogels zoals meerkoeten, amfibieën en kleine zoogdieren.

Leefgebied:

Zeldzaam voorkomend. Voelt zich thuis in rivieren met een wisselend waterpeil, ook in grote, diepe meren met ondiepe, uitgestrekte oeverzones met een zachte bodem. Paaitijd mei tot juli bij een watertemperatuur 18°C en hoger.
Er mag niet op worden gevist en evenmin mag hij worden uitgezet.
Gevangen exemplaren dienen onmiddellijk in hetzelfde water te worden teruggezet.
De vis is opgenomen in de Flora- en faunawet.

                     
  info@fishinginfo.eu